Roadbook: Dubai – Abu Dhabi
Van futuristische wolkenkrabbers tot eeuwenoude tradities – een roadtrip door de Verenigde Arabische Emiraten met de Porsche Cayenne S legt de fascinerende tegenstellingen van deze moderne woestijnstaat bloot.
Je bezoekt niet elke dag een land dat maar een paar jaar ouder is dan jezelf. Na de ontdekking van grote olievoorraden besloten zeven emiraten zich in 1971 te verenigen tot één woestijnstaat, die zich sindsdien pijlsnel tot een van de modernste en welvarendste regio’s van de wereld heeft ontwikkeld. En dat nu nog steeds doet. Tijdens ons bezoek maken we kennis met een land dat enerzijds hypermodern en perfect georganiseerd is en dat tegelijkertijd gekenmerkt wordt door een duizenden jaren oude cultuur. Niet in de laatste plaats zorgde dit contrast ervoor dat de Verenigde Arabische Emiraten in de voorbije decennia zijn uitgegroeid tot een populaire vakantiebestemming. Wij leggen onze roadtrip door de zeven emiraten af met een sportwagen die eveneens traditie en innovatie in zich verenigt: de Porsche Cayenne S.
Het startpunt ligt in het emiraat Dubai, een mondiaal handels- en verkeerscentrum met een enorme economische kracht, waarvan de gelijknamige megacity de hoofdstad is.
De dichtstbevolkte metropool van de emiraten is een smeltkroes van culturen met een bruisende community van expats. Circa 3,5 miljoen mensen van over de hele wereld leven hier, de voertaal is Engels. De ironie: er is nauwelijks iemand op straat bij de start van onze tour. Want we zijn in de zomermaanden onderweg, de temperatuur is meer dan 40 graden Celsius, de luchtvochtigheid is buitengewoon hoog. De wintermaanden worden als de beste reistijd beschouwd, wanneer de maximumtemperatuur tussen de 24 en 27 graden ligt. Maar of het nu zomer of winter is: een rit tussen de wolkenkrabbers van Dubai verandert automatisch in een sightseeing. Want op elke hoek van de stad doemen wel nieuwe highlights op: of het nu gaat om de Burj Khalifa, met 828 meter de hoogste wolkenkrabber van de wereld, het wereldwijd grootste winkelcentrum ‘Dubai Mall’, de grootste indoorrodelbaan of de grootste skihal – hier in de woestijnstaat rijgen de superlatieven zich aaneen.
In Palm Jumeirah, op de grootste kunstmatige archipel direct aan de Perzische Golf, hebben we afgesproken met Grégoire Berger. De chefkok werkt in het onderwaterrestaurant Ossiano, dat bij het vijfsterrenhotel Atlantis The Palm hoort en een Michelinster heeft. “Dubai is net een futuristische stad uit een sciencefictionfilm, waarin de mensen van verschillende etnische en culturele achtergronden vredig samenleven”, vindt Berger. De Fransman is bovendien gelauwerd met vier ‘koksmutsen’ in de Gault&Millau-gids. Sinds tien jaar woont en werkt hij in Dubai. Elke avond neemt hij de gasten mee op een fine dining-reis door elf gangen, geïnspireerd door de culinaire diversiteit van de locatie: “Het is niet zoals in Frankrijk, waar we een historische eeuwenoude kookcultuur hebben. Een paar decennia terug leefden hier nomaden, bij hen was koken geen kunst, maar overleven.” Vervolgens kwamen de meest uiteenlopende nationaliteiten die hun invloeden meebrachten – Arabische, Perzische, Indiase, Afrikaanse. Daaruit is een verbazingwekkende keuken ontstaan. “Wat wij hier maken, vind je nergens anders op de wereld!”
Een onbeschreven blad dat zijn eigen verhaal vertelt – het herbergt oneindig veel mogelijkheden, maar levert soms ook merkwaardige resultaten op. Stadsdelen als Internet City, Studio City en Healthcare City worden heel pragmatisch vernoemd naar de branches die er zijn gevestigd. Een wijk die nog geen geschiedenis heeft, wordt een handje geholpen: de wijk Al Seef met zijn bazaars, de zogenaamde soeks, werd pas in 2017 opgericht, ziet er echter uit als een historische wijk uit het verleden. Een bijzonderheid die we op onze reis steeds weer tegenkomen.
We starten onze bijna 700 kilometer lange tocht door de zeven emiraten en verlaten de metropool in de richting van Sharjah, het emiraat dat in het noorden aan Dubai grenst.
Het duurt niet lang of het landschap verandert compleet: waar net nog een eindeloze skyline van wolkenkrabbers fascineerde, wordt het nu vlak en uitgestrekt. Langs de weg liggen dorpen met felgekleurde huizen, steeds weer moskeeën, veel zand, stenen en gelige kleuren die af en toe naar rood neigen – en rondom een eindeloze verte. Hun ongeëvenaarde bloei hebben de emiraten te danken aan de fossiele delfstoffen aardgas en aardolie. Als vooruitstrevend land hebben ze in de afgelopen jaren echter ook flink geïnvesteerd in zonne-energie. Dankzij innovatieve irrigatietechnieken en zeewater-ontziltinginstallaties zijn de bewoonde gebieden ondanks het droge klimaat verbazingwekkend weelderig, ook is het mogelijk om fruit en groenten te telen.
Nadat we onderweg door de emiraten Ajman en Umm al-Qaiwain de mooie zandstranden en dichte mangrovebossen langs de Perzische Golf hebben bewonderd, en we in soeks en op vismarkten de traditionele wijze van handeldrijven hebben aanschouwd, stoppen we in Ra’s al-Khaimah. In het noordelijkste emiraat maken we kennis met de traditionele keuken. In het restaurant Madfoon Al Sadda serveren ze kippen-, geiten-, lamsvlees en garnalen. Specerijen als kaneel, gember, saffraan, kurkuma en kerrie zorgen voor smaakexplosies op de tong. We krijgen er rijst en salade bij, waarin granaatappelpitten, dadelstroop en sumak voor dat beetje extra zorgen. Na het eten genieten we van koffie in de Arabische variant: met kardemom. ’s Ochtends nog futuristische flair in Dubai, nu traditionele kookkunsten – een land tussen verleden en heden.
We rijden verder het binnenland in: voor ons ligt de Jebel Jais, met 1.934 meter de hoogste berg van het land. Op weg daarnaartoe gebeurt iets wat logisch lijkt, maar wat je door de eindeloze uitgestrektheid van eerder niet voor mogelijk hebt gehouden: het wordt bergachtig. Plotseling word je omgeven door een indrukwekkend panorama van bergkammen en -toppen. Het silhouet is uniek, vooral als de hemel – zoals nu – een beetje nevelig is. De omgeving lijkt op een bruingrijs maanlandschap van gestapelde rotsen. Dat doet echter geen afbreuk aan het rijplezier, vooral omdat de vierbaansweg ook hier in een uitstekende staat is – en bijna leeg.
Tijdens de rit over de weg met haarspeldbochten, en rechts en links loodrechte rotswanden, voelen we ons totaal op ons gemak in de Cayenne S: de 474 pk (Cayenne S Coupé: brandstofverbruik gecombineerd (WLTP) 13.4 – 12.5 l/100 km, CO₂-uitstoot gecombineerd (WLTP) 304 – 284 g/km, CO₂ class G , CO₂ class weighted combined G ) uit de vierliter-V8-motor worden via de automatische transmissie met acht versnellingen en het Porsche Traction Management adequaat over alle vier de wielen verdeeld. De adaptieve luchtvering en de elektronisch geregelde schokdempers compenseren elke oneffenheid, het sturen gaat nauwkeurig en je krijgt het gevoel dat je direct met de weg verbonden bent. Ook in bochten toont de Cayenne zijn sportwagen-DNA: dankzij het Torque Vectoring System en een actief stabilisatiesysteem blijft hij steeds stabiel en dynamisch. Zelfs een snelle richtingsverandering verstoort zijn rust niet. À propos rust: die is hierboven paradijselijk.
Vanaf het laatste uitzichtpunt slechts een paar meter onder de top laten we onze blik dwalen. Ergens daarachter moet de grens met Oman zijn. Iets verder naar beneden ons volgende doel: Khor Fakkan aan de oostkust, bekend om zijn stranden, snorkel- en watersportmogelijkheden. De stad wordt omgeven door emiraat Fujairah, maar hoort als exclave bij Sharjah.
Het leven aan en met het water was lange tijd bepalend voor de regio aan de oostkust. De handel in parels was eeuwenlang de belangrijkste inkomstenbron en veel families voorzagen in hun levensonderhoud met parelduiken. Hoewel de introductie van gekweekte parels in de jaren 30 een sterke afname van de handel in natuurlijke parels tot gevolg had, zijn de traditie en historie ervan diep geworteld in de cultuur van de emiraten. Ook nu zijn er nog enkele parelduikers – bijvoorbeeld Mohamad, die voor een parelkwekerij werkt. Het openen van de oesters is voor hem nog altijd een bijzonder moment: “De kweekperiode duurt twee jaar, daarna hebben we 60 procent kans op succes. Vroeger bedroeg de kans 1:1.000!”
In Khor Fakkan brengen we een heerlijk ontspannen dagje door op het strand. Voor ons ligt de Golf van Oman, achter ons het Hadjargebergte. Direct aan de strandboulevard werd een imposant amfitheater met waterval gebouwd. Het theater is, net als de soeks in Dubai, geïnspireerd door de eeuwenoude architectuur en de waterval is kunstmatig. Het doet echter niets af aan de impact. Historische plekken zijn er in het land meer dan genoeg. Maar ze trekken meestal minder aandacht. Op slechts tien minuten rijden van Khor Fakkan staat bijvoorbeeld de op een na oudste moskee van de Verenigde Arabische Emiraten: Al Bidya, gebouwd in de 15e eeuw. Een klein bouwwerk van leem – van grote historische betekenis.
Ook bij onze volgende stop is de historie bijna tastbaar. Ten westen van Khor Fakkan ligt het Najd Al Maqsar Village in het Hadjargebergte. Midden in een rivierbedding stoppen we voor een imposant bergdorp dat bijna 300 jaar geleden werd gebouwd. Na een grootschalige restauratie kun je hier nu een perfect bewaarde nederzetting bekijken. Door de muren van steen en leem en de daken van palmbladeren ademt het dorp de sfeer van weleer. Het biedt een adembenemend uitzicht. We genieten van het panorama en staan even stil, daarna reizen we weer verder richting de westkust.
Op weg daarnaartoe pauzeren we in Hatta, een exclave van het emiraat Dubai. Hier, midden in het Hadjargebergte, is het vrij rustig: op een heuvel ligt het oude dorp met twee indrukwekkende wachttorens uit circa 1880, iets verder naar beneden op de vlakte een stuwmeer vóór enorme rotswanden. We doen nieuwe energie op voor de slotetappe van onze reis. Vervolgens gaan we op weg naar de megacity Abu Dhabi, tegelijkertijd hoofdstad van de staat en het gelijknamige emiraat.
Het emiraat Abu Dhabi is met circa 87 procent van de totale oppervlakte van de Verenigde Arabische Emiraten het grootste en ook het rijkste van de zeven emiraten. Zowat de ultieme uitingsvorm van deze rijkdom is het Emirates Palace dat pal aan de Perzische Golf ligt: een luxehotel met 302 kamers, 92 suites, 10 restaurants en een aangrenzend resort, geopend in 2005. “De bouw duurde vier jaar. 20.000 arbeiders hebben eraan gewerkt”, vertelt Aariff Nazeem, operations manager van het Emirates Palace. “De toenmalige sjeik Zayed werd gezien als de vader van de natie. Hij wilde een paleis bouwen waarin de gasten zich een dag lang als een koningin of koning konden voelen.” De grootste suites zijn bijna 700 vierkante meter groot. Daarnaast is het Emirates Palace ook open voor het publiek.
Net als Dubai ligt Abu Dhabi direct aan zee. Net als Dubai heeft het een indrukwekkende skyline. En net als Dubai is het cultureel rijk en divers, heeft het opvallende bezienswaardigheden als de Sjeik Zayed-moskee, het kunstmuseum Louvre Abu Dhabi, de Corniche Road en een strandboulevard met een rijk aanbod aan recreatiemogelijkheden. Een stad vol imposante indrukken. Het eindpunt van onze reis ligt echter weer in de natuur.
Tweeënhalf uur later staan we midden in de majestueuze leegte. De Rub al-Khali is de grootste aaneengesloten woestijn ter wereld en beslaat 680.000 vierkante kilometer en vier landen – de Verenigde Arabische Emiraten, Saudi-Arabië, Oman en Jemen. We stoppen in de zandduinen van Liwa langs de grens met Saudi-Arabië. Voor ons hult de zonsondergang het tot wel 300 meter hoge duinlandschap in diep rood, een stuk verderop trekt een kudde kamelen voorbij. Een gelukzalig moment. Het einde van een reis die naar meer smaakt. Bijvoorbeeld in november. Dan vindt in Dubai het festival ‘Icons of Porsche’ plaats. Ook daar zal het evenwicht tussen traditie en innovatie worden gevierd als bijna 30.000 liefhebbers van Porsche-oldtimers, kunst en cultuur elkaar in de wereldmetropool ontmoeten. Reden genoeg om terug te keren naar het land van spannende tegenstellingen – want we hebben nog lang niet alles gezien.
Perfect voor de winter
Wil je de rit zelf eens maken? Ontdek dan de route in de Roads App.
Verbruiksgegevens
718 Cayman GT4 RS
-
13 l/100 km
-
295 g/km
-
G Class
-
G Class
911 Dakar
-
11,3 l/100 km
-
256 g/km
-
G Class
-
G Class
Cayenne S Coupé
-
13.4 – 12.5 l/100 km
-
304 – 284 g/km
-
G Class
-
G Class