Project 356/930

Met een koffer en drie Porsches 356 keert Viktor Grahser na 31 jaar Australië terug naar zijn geboorteland Oostenrijk. Hij slaat een gat in de buitenmuur van zijn huis en duwt een Porsche de woonkamer in – de andere twee zullen tevergeefs in de container op hun restauratie wachten. Elf jaar na Grahsers overlijden is er nu toch een 356 Roadster afgemaakt. En die heeft een vooraanstaande eigenaar gevonden.

  

Luister hier naar het artikel (alleen in het engels)

We schrijven het jaar 1996. Plaats van handeling is een restaurant in KleinNeusiedl, een plaatsje in Oostenrijk op zo’n 25 kilometer ten zuidoosten van de hoofdstad Wenen. Viktor Grahser is vol vuur een verhaal aan het vertellen in het Engels, terwijl hij toch helemaal alleen aan een tafeltje zit. Hij heeft een pannenkoek besteld, zoals elke vrijdag. Drie jaar eerder is deze vliegtuigmonteur vanwege de liefde teruggekomen naar Oostenrijk. De vrouw voor wie hij zijn tweede vaderland Australië na 31 jaar de rug heeft toegekeerd, is uit zijn leven verdwenen. Grahser is 56, zijn bruine haar is achterovergekamd en krult hem in de nek. Hij heeft een forse kaak en draagt een blauwe overall, het jack van Trans Australia Airlines hangt over een stoel, zijn verroeste fiets staat voor de ingang en zijn sjekkies liggen rechts voor hem. Links ligt een autoblad waar hij wat doorheen bladert terwijl hij in zichzelf mompelt.

Een belangrijke ontmoeting

Een paar tafels verder zit de zoon van de restauranthoudster naar hem te staren. Rudolf Schmied, ergens midden 20, is net terug van een vakantie in Australië. De jongeman aarzelt niet en spreekt Grahser, die in het dorp bekendstaat als een zonderling, in het Engels aan. Al gauw gaat het gesprek richting Down Under, want dat hebben ze met elkaar gemeen, blijkt bij deze eerste ontmoeting – een waarop nog vele zouden volgen. Grahser ziet Schmied in het naburige Fischamend vaak langsrijden in een rode VW ‘Kever’ en zwaait hem dan toe vanuit zijn voortuin. Op vrijdagen treffen ze elkaar soms in het restaurant. Grahser blijkt een Porsche-liefhebber en Schmied helpt hem onderdelen te bestellen – en luistert goed naar wat de man te vertellen heeft. Dat zijn dan vooral verhalen over Porsches. Het duurt acht jaar voordat Grahser Schmied voor het eerst bij zich thuis uitnodigt. Hij wil hem wat laten zien, iets wat hij nog nooit iemand heeft laten zien, zegt hij. “En neem je camera mee!” Schmied volgt op dat moment in Wenen een opleiding als beroepsfotograaf. Daags daarna staan ze bij Grahser in de woonkamer in Fischamend. 

Een leven op twintig vierkante meter:

Een leven op twintig vierkante meter:

Viktor Grahser lived modestly in his house in the Austrian village of Fischamend. He was satisfied with a narrow bed, chair, table, radio, and stove.
“En neem je camera mee!” Viktor Grahser

“Here we go, my friend”, zegt Grahser en wijst op wat het middelpunt van zijn huis moet zijn. De student kan zijn ogen niet geloven. Midden in de huiskamer staat een Porsche 356 Speedster, grotendeels kaal, met slechts één koplamp, zonder bodemplaat of stoelen. De motor ligt naast een stapel hout. “Zo, nu mag je een foto van me maken terwijl ik rijd”, zegt Grahser. “En waar rijden we heen?”, antwoordt Schmied onverstoorbaar. “Ik rij over de Great Ocean Road aan de zuidkust van Australië. Die weg ken je toch?”, vraagt Grahser. Zonder het antwoord af te wachten, laat hij zich zakken in het metalen casco van de nog lang niet klare Speedster, pakt het stuur met beide handen beet, begint zelf motorgeluiden te maken en roept dan “Tweede versnelling, derde versnelling, kijk, met mijn haar in de wind!” Hij doet zijn ogen dicht en draait het stuur van links naar rechts, schakelt door de denkbeeldige versnellingen, hij accelereert en hij remt. De bijbehorende geluiden maakt hij er zelf bij.

De grote droom van een museum

Schmied heeft de tegenwoordigheid van geest om de hele scène met zijn camera vast te leggen, maar hij heeft moeite die scherp te stellen omdat de tranen bij hem opwellen. Zojuist heeft hij immers het onderwerp voor zijn afstudeerproject gevonden. Onder de titel ‘Ein Leben. Ein Mythos’ zal Schmied niet veel later Grahsers liefde voor zijn Porsches vereeuwigen in een aantal veelzeggende opnames in zwart-wit – goed voor een diploma cum laude voor de beginnend fotograaf. Wat hij vastlegt is een verhaal van absolute toewijding en opoffering, van hoe iemand probeert de droom van zijn leven te verwezenlijken. Grahser gunt zichzelf slechts zo’n twintig vierkante meter om in te leven. Een ruimte met een smal bed, een stoel, een bureautje, een radio en een fornuis. Meer heeft hij niet nodig, zegt hij. De rest van zijn woonruimte reserveert hij voor de Porsche 356.

Het project dat hij niet ten einde brengt:

Het project dat hij niet ten einde brengt:

Viktor Grahser’s “Super Porsche” remained a dream for the reclusive Austrian. Years later, other people would complete his unconventional restoration project.

Grahsers grote droom is het ooit een Porsche-museum te openen in zijn geboorteland Oostenrijk. De eerste drie auto’s daarvoor heeft hij al, alleen moet hij ze nog wel even restaureren. Terwijl de 356 Speedster, een van de zeldzame exemplaren met het stuur rechts, in de woonkamer staat, bevinden de andere twee zich voor de deur in de zeecontainer waar ze sinds het vertrek vanuit Australië niet meer uit zijn geweest. Bovenin prijkt een Porsche 356 A Coupé, gedeeltelijk omgebouwd tot een 356 Speedster met 911-techniek en voorzien van een 2,7-liter motor met mechanische brandstofinspuiting. Onderaan in de container staat Grahsers favoriet: een Porsche 356 B Roadster uit 1959 met een 3,0-liter turbomotor uit de Porsche 911 (type 930) van 1977. Om dicht in de buurt te kunnen zijn van deze Porsche 356/930, zoals Grahser hem noemt, zet hij de deuren van de container vaak open. Dan neemt hij plaats op een stoel met een kussentje, links tegen de wand, met onder zich een stofzuiger met verlengsnoer en rechts een oud houten tafeltje met daarbovenop nog twee stoelen. Met zijn benen languit, sigaretje in zijn mondhoek en de ogen naar links gericht. En maar kijken naar die twee Porsches.

Met Schmied heeft Viktor Grahser het in die tijd vaak over Australië en zijn aankoop daar in 1981 van zijn eerste, beschadigde 356 B Roadster. Zo hoort Schmied hoe Grahsers project 356/930 het jaar daarop van start ging en dat deze vliegtuigmonteur er in 1986 bij was toen de Australian Porsche 356 Register Inc. werd opgericht. Met zijn vrienden van de club onderhoudt Grahser ook na zijn terugkeer naar Oostenrijk nog altijd contact – per brief.

Grahser overlijdt – en wat dan?

In mei 2008 komt Grahser onverwacht te overlijden. Schmied beheert daarop diens correspondentie. De afzenders van de diverse brieven gunnen de fotograaf geen rust. Hij wil maar al te graag kennismaken met Grahsers vrienden van vroeger, hen op de hoogte brengen van diens heengaan en vertellen over zijn jaren in Fischamend. Ook zou hij nog veel meer te weten willen komen over Grahsers leven in Australië. En de drie Porsches 356? Lange tijd heeft Schmied geen idee wat er na Grahsers dood met de sportwagens is gebeurd. Tot in 2012 de telefoon gaat. Aan de andere kant van de lijn meldt zich ene Rafael Diez. Hij heeft via via gehoord over die bijzondere man en zijn drie Porsches 356. Zo kwam Diez terecht bij een autobedrijf in Stephanskirchen dat de sportwagens van Grahser had opgekocht via de beheerders van diens nalatenschap. Hij neemt het Porsche-trio over en herkent meteen wat Grahser van plan was geweest, maar niet had kunnen uitvoeren: de verbrede wielkasten van de Roadster, het bijgeplaatste tweede ventilatierooster op de motorkap en de voor een 356 ongebruikelijke voorspoiler, gevormd naar die van de Porsche 911 S. Aldus heeft Diez het voorrecht te voltooien wat voor Grahser het project van zijn leven had moeten worden. Kort samengevat: afstellen, solderen en lakken. Diez plaatst het stuur weer links, verricht het nodige laswerk, stelt de motor en versnellingsbak af en weet de voorruit met de verchroomde rand perfect passend in het frame te plaatsen. 

“Hij laat zich heel gedwee en precies besturen. Het is een feest om ermee te rijden.” Walter Röhrl
356 met turbotechniek:

356 met turbotechniek:

Walter Röhrl and his new car.

De nieuwe eigenaar toont respect

In 2018 vertelt Diez een goede kennis van hem, Porsche-ambassadeur Walter Röhrl, over deze 356 B Roadster en vraagt hij hem enkele testritten met de Porsche 356/930 te maken. “Ik ben een grote fan van oude auto’s, ze geven je nog het gevoel dat je zelf ook iets moet kunnen”, zegt Röhrl. “Met de omgebouwde 356 B Roadster met turbotechniek ben ik heel voorzichtig omgegaan, want zo op het oog leek er iets te veel aan verbouwd. Daardoor was ik des te meer verwonderd hoe gebalanceerd die auto aanvoelde, meteen al bij de eerste proefrit. Met zijn ver doorgetrokken voorspoiler, de zware motor achterin en 260 pk laat hij zich toch heel gedwee en precies besturen. Het is een feest om ermee te rijden.” Inmiddels is de tweevoudig wereldkampioen rallyrijden de nieuwe eigenaar van de auto die Diez omdoopte tot ‘Porsche 356 3000 RR’. 3000 vanwege de cilinderinhoud, ‘RR’ staat voor ‘Röhrl Roadster’. In leigrijs met rood interieur. Op de motorkap prijken de plaquettes van de vier overwinningen die Röhrl behaalde in de Rally van Monte Carlo, en binnen zien we het stuurwiel van een 911, maar met de rand van het stuur uit een 356. Ook de instrumenten doen denken aan een 911. Voor Viktor Grahser moest de 356 met de techniek van een 911 zijn ‘Super-Porsche’ worden. Het is voor hem bij een grote droom gebleven. 

SideKICK: De ontmoeting

Naar aanleiding van dit artikel heeft fotograaf Rudolf Schmied een ontmoeting met de nieuwe eigenaar van de Porsche 356 Roadster, zodat hij de tweevoudig wereldkampioen rallyrijden Walter Röhrl allerlei bijzonderheden kan vertellen over Viktor Grahser en diens unieke project 356/930.

Christina Rahmes
Christina Rahmes